Wereldreis | |||||
|
Lucia en Phillip de Graaff | ||||
HOME :: | |||||
|
|||||
|
Coral Bay, Australië, woensdag 29 januari 2009. Op vrijdagmorgen23 januari landden we op Perth International Airport.
Op de camping zijn keukens waar gas en/of elektra is om te koken, dat doe je dus niet in de camper. Vaak hebbende mensen zelf ook een keuken buiten onder een afdak. Na inkopen te hebben gedaan bij Woolworths en ons verbaasd te hebben over benzineprijs (Aus$ 1,10,een dollar is op dit moment ongeveer €0,52), gingen we op zoek naar een Australisch telefoonkaartje. Een hoop heisa en hartstikke duur (voor die enkele keer was onze eigen simkaart toch goedkoper) dus terug naar de camping, eten en slapen. Lekker uitgeslapen, de TomTom ingesteld (die hadden we namelijk meegenomen met kaarten van Australië, Nieuw Zeeland en de USA) en toen op naar Fremantle. We kamen precies uit bij de beroemde markt en hebben daar nog een goede cappuchino gedronken. Op deze markt staat Sunnyboy, een van oorsprong Nederlandse man die daar zonnebrillen verkoopt en de vader is van een bevriende duikinstructeur in Nederland. Binnen gekomen op deze overdekte markt zag ik hem meteen. Ik kende hem absoluut niet en liep met uitgestoken hand op hem af. De volgende dag vertrokken wij naar het gebied met Batavia Beach waar in 1629 de Batavia gezonken was. De gehele bemanning werd gered maar er brak muiterijuit die 125 opvarenden het leven kostte. In 1963 werd het wrak ontdekt. Hier in Australië gaat alles er gemoedelijk aan toe. Mensen komen nog bij elkaar zoals ik dat ken uit de jaren 50. De muziek die je hoort is ook vaak uit die tijd, ook veel country muziek. De jeugd heeft wel vaak zijn eigen muziek, met veel Amerikaanse schuttingwoorden. Toch hoor je dat niet zo vaak. In openbare ruimtes muziek als Blame it on the Bossa Nova en heel veel oude Engelse Folksongs. Mensen uit Perth die ik sprak, hebben daar hun auto en voordeur niet eens op slot. ’s Avonds een prachtige zonsondergang aan de Indische Oceaan beleefd. We hebben alle grote wereldzeeën nu gezien.
De volgende dag reden we naar Kalbarri door een natuurpark. Daar zagen we het eerste kangoeroe verkeersbord.
We hadden de camera’s in de aanslag, maar geen kangoeroe te zien. Hier zijn de kleine grijze kangoeroes en in het noorden de grote rode. We zagen ook geen enu’ s en geiten, wel doodgereden kangoeroes en emoes langs de weg. Op een plek waar we even stopten, hingen een paar vossen aan een hek, klaarblijkelijk om andere vossen af te schrikken. Je ziet dan meteen hoe het typisch Australische landschap eruit ziet. Je moet trouwens wel erg oppassen met rijden, zowel voor de politie als voor de dieren.
In Kalbarri beleefden we Australiaday, een feestdag waarbij heel Australië vrij is en feestviert. Vlak voor we naar het vuurwerk gingen, kwam een van de campinggasten met wie ik had staan praten blij naar me toe om te vertellen dat er op het sportveld een groep kangoeroes rondhuppelde. We hebben ze gefilmd en gefotografeerd. Voor de foto’s was het echter te donker. Voor de Australiërs zelf was dit een gewoon tafereel, die liepen door. De volgende ochtend stonden we pas om half tien op, dus vertrokken we van de camping en besloten onderweg op een geschikte stopplaats langs de weg te ontbijten.
Urenlang reden we door de bush over de ‘snelweg’ met nauwelijks verkeer voor of achter ons.
Tanken, koffiedrinken en weer verder door de bush met af en toe een dode kangoeroe langs de weg. Gelukkig rijdt Lucia ook,dan kan ik af en toe een tuk doen. Ik word toch wel slaperig van die warmte ondanks de airco. Toen we afsloegen om door een natuurpark (tot nu toe zien ze er allemaal hetzelfde uit) naar Denham te rijden op het schiereiland aldaar, besloten we te stoppen bij uitzichtpunten op de kloof waarde Murchison doorheen stroomt. Daarna gingen we naar een andere plek om bij 50 graden een afdaling in de kloof te maken. Hoewel we water bij ons hadden, had Lucia de hitte en de behoefte aan water toch onderschat en ze werd wat duizelig. In de schaduw van een overhangende rots onderaan bij de prachtige ruige rivierbedding zat ze even bij te komen alvorens weer aan de beklimming van de kloof te beginnen.
In Denham op de camping aangekomen kregen we een plek waarbij we de camper zo konden neerzetten dat hij de wind voor ons opving. Het waaide zo hard dat de bus stond te schudden in de wind. We zijn langs de boulevard fish en chips gaan eten. De dag erna reden we naar Monkey Mia waar we dolfijnen zagen en pelikanen. Onderweg stak een groep emoes op hun gemak de weg over. Door de eerdere ervaringen hadden we de camera's niet klaar. Maar ja, wij hebben het gezien. We hebben nog wat gesnorkeld. We mochten niet bij de dolfijnen zwemmen maar een eind verder. Ze kwamen helaas niet naar ons toe Wel hebben we een mooie witte rog gezien en verder wat klein spul. Ik zag nog een zeester. Ik maakte de camera klaar, wilde een foto maken en weg zeester. Wat restte, was de afdruk.
’s Avonds waaide het weer hard, maar niet zo erg als de dag ervoor. Na het ontbijt maakten we ons op voor een lange rit naar Coral Bay aan Ningaloo Reef. Het is daar prachtig vooral voor duiken en snorkelen. De gsm werkt daar wel, maar van wifi zijn ze verstoken. Misschien lukt het om ergens een kanaaltje te vinden. We reden door het natuurgebied terug en zagen al snel geiten, runderen en ook staken er verschillende malen groepjes emoes over. We hebben gefotografeerd en gefilmd maar ze zijn moeilijk te benaderen. Ongelooflijk als je bedenkt dat op hun gemak de weg over kuieren. Toen er een auto langs scheurde, renden ze snel de bush in.
De rit naar Coral Bay was lang en eentonig. Zo werkt dat vaak in Australië. Onderweg zagen we wat combinaties als op de foto. Op de achterkant zie je ‘Roadtrain’ staan. Het is een lange vrachtwagencombinatie met meerdere lange aanhangers. Tankwagens zie je vaak met nog een extra aanhanger met tank erachter. We staan daar nu op een camping. De bus staat weer te schudden in de wind. Laat de beloning maar komen, hoewel veel wind en zeeziekte!!!!! Maar ik ga toch, dan maar zeeziek.
|
|