Java en Bali | |||||
|
Lucia en Phillip de Graaff | ||||
HOME :: | |||||
|
|||||
|
De zonsopgang bij de Bromovulkaan was heel mooi. Er was jammer genoeg iets te veel bewolking waardoor we de rode bal niet zagen, maar mooi was het. Na zonsopgang liepen we van het plateau de trap af naar beneden en zagen Surabaya liggen in de ochtendschemering. We namen wat ontbijt uit de meegebrachte ontbijtboxen en dronken wat Balinese koffie. Balinese koffie is koffie met een laag drab erin. Als je melk en/of suiker hebt toegevoegd en geroerd moet je even wachten tot de drab gezakt is. Na het ontbijt stapten we weer in het busje en die bracht ons langs een steile weg vol met gaten naar de asvlakte bij de vulkaan. We moesten daar eerst een paar kilometer over de vlakke asvlakte lopen. Gelukkig was de as wat vochtig zodat het goed telopen was. En toen begon het heuvelachtig te worden. Toen weer naar beneden. Eerst de trap af en vervolgens door het landschap terug zoals je dit op de laatste foto hierboven ziet. Natuurlijk namen we nog wel wat vulkanisch gesteente mee voor de kiddies. Terug in Malang fristen we ons eerst even op en namen een duik in het zwembad. Een mail sturen kostte in het hotel omgerekend €3,50. Ik moest even een foto van Lucia mailen maar dat was een beetje te veel van het goede. Dus wij vroegen waar we een internetcafé konden vinden. Dat werd ons uitgelegd en wij togen er naartoe. Inmiddels waren we miljonair af en we besloten te gaan pinnen. We kwamen bij een ziekenhuis waar heel veel mensen op hun beurt zaten te wachten. Hier en daar waren ze zelfs aan het koken. Als je daar pint en het geld komt tevoorschijn hoor je een tuterend geluid. Dat hoor je echter ook buiten het hokje. Toen wij weer naar buiten liepen, stond er een man op, pakte zijn spullen bij elkaar en ging ons achtervolgen. Het was een drukke straat en al ben je niet bang, toch loopt het niet lekker. We liepen terug naar het hotel om een en ander in de kluis te doen en met wat geld los in de zak liepen we weer naar buiten. Zo heb je tenminste de handen vrij. Maar hij was al weg. Inmiddels waren wij Willem en Jantje tegengekomen, twee van onze medereizigers en zij wilden ook naar het winkelcentrum. ’s Avonds aten we in het hotel met 6 man van de groep. Er werd muziek gemaakt en het was heel gezellig. Er bleek toch een free hotspot in het hotel te zijn in het restaurant, dus toen iedereen naar zijn kamer ging, bleef ik nog even om de mail binnen te halen. Ondertussen werd het steeds gezelliger. Het bleek een live karaoke avond te zijn. Met live bedoel ik dat de man van de muziek deels op zijn synthesizer speelde. Natuurlijk was er ook voorgeprogrammeerd. Soms was het niet om aan te horen, maar sommige mensen brachten best iets leuks ten gehore. Toen we de volgende dag onderweg waren naar onze laatste stopplaats op Java stopten we nog om een paar boeren te fotograferen die net met hun buffels een rijstakker aan het omploegen waren. Onderweg zagen we nog een loods waar tabak voor sigaren werd gedroogd. We moesten nog even stoppen voor een spoorwegovergang en daar stond een bromfiets of motor te wachten met een enorme lading achterop en even later fietsten ze langs met een ledikant op hun fiets geladen. Het was een prachtige weg, door Nederland aangelegd, dwars door de jungle. Hele stukken langs de weg waren bebouwd met bouwsels maar het was hoofdzakelijk lintbebouwing want daarachter was alleen oerwoud met uitzondering van een enkele akker. Bij de kronkelweg in de heuvels zaten veel bedelaars. Sommigen regelden zogenaamd het verkeer.. Ik had al eerder gezegd dat men daar niet agressief rijdt en dat is maar goed ook. Het zijn bijna allemaal tweebaanswegen en er wordt ook ingehaald. In Nederland zouden al de grootste ongelukken zijn gebeurd, maar hier krijgt iedereen rustig de kans om weer op zijn weghelft te komen. In het laatste dorp waar we zouden overnachten waren veel winkels die metalen bussen, potten en pannen verkochten, allemaal gemaakt van gerecycled materiaal. Daar kregen we alvast een uitleg over de verschillende producten die daar verbouwd werden en hoe een en ander er uit zag.
Nadat we een Javaanse hoed hadden opgezet vertrokken voor de rondleiding. De hele boel daar was een grote planten- en bloemen weelde. Hoe ze er in hemelsnaam ooit achter gekomen zijn waar je de bladeren moet plukken opdat ze vanzelf tot een vanillestokje gaan krullen is mij een raadsel.
En toen was het koffiedrinken, taart eten, zingen, dansen en kijken hoe ze mooie figuren en bloemstukken maakten. De aanwezige dames kregen een prachtig bloemstuk.
Daarna was er nog gelegenheid om wat te kopen om het weeshuis te steunen, waarna we door de kinderen naar de bus werden uitgeleid. Vooraf had ik eigenlijk niet zoveel zin om mee te gaan, maar ik was blij dat ik mee moest. Het was een geweldige belevenis. We zaten in een prachtig gelegen hotel zonder airco, maar dat was geen probleem; die hebben we toch nooit aan. De volgende ochtend was het weer vroeg opstaan . De hele reis tot nu toe was opstaan tussen 5 en 6 uur ’s morgens. In een 2 uur durende rit reden we naar de boot. In de verte zagen we Bali al liggen. We reden de boot op en wachtten geduldig tot we aan de overkant waren. We werden verwelkomd door een prachtige boog en even later door een aap die plotseling de weg overstak en schichtig naar ons opkeek. Tot nu toe was de warmte goed uit te houden en was afgewisseld oor regenbuien, het was tenslotte regentijd. Hier was de hemel blauw en het was bloedheet. De zonnebrand zou goed van pas komen. Het laatste deel van onze vakantie was begonnen. We waren op Bali. Bali, 27 januari 2010. |
|