Java en Bali | |||||
|
Lucia en Phillip de Graaff | ||||
HOME :: | |||||
|
|||||
|
Nadat we in het drukke verkeer waren overgestoken om even naar de rivier en de vulkanen te kijken. Een motor met daarop het gehele gezin raasde ons nog voorbij. Van alles wordt er op vervoerd, van geiten tot gras en meubels. Maar ook op de fiets wordt heel wat gedaan. Het zijn soms archaïsch aandoende fietsen zonder standaard. Als er geen boom is zoals hier dan wordt gewoon een stok gebruikt als standaard. Wandelstokken zijn hier gewoon een stuk bamboe of een gespleten boomtak. Het vervoer van dieren is soms in onze ogen schandalig. De foto met de kippen valt nog mee maar de manier waarop de geiten op het plateau lagen, mag zelfs hier niet. Ja, ze leven nog!!!!! Het is heel druk op de weg,vooral motoren en dergelijke. Maar het verkeer is totaal niet agressief. Overal langs de kant staan mannen met een hesje en een fluitje. Die lopen de weg op om te laten zien dat er verkeer van de kant weg rijdt. Bij zijstraten laten ze je er gewoon tussen. Claxonneren doen ze alleen maar om een scooter te waarschuwen dat ze er langs gaan. Het lijkt een rotzooi maar in werkelijkheid is het heel gedisciplineerd. Maar goed, we waren op weg naar de Prambanan tempel. Het Prambanan tempelcomplex is het grootste Hindoebouwwerk op Java. Het is gebouwd in 850 na Christus. Op gegeven moment werd het verlaten en begon het te vervallen. Ook door aardbevingen is het beschadigd. Er wordt nog steeds gerestaureerd maar vele van de kleine tempels om de hoofdtempels heen zullen nooit herbouwd worden. Het complex behoort nu tot Unesco’s werelderfgoederen. Natuurlijk bezochten we ook de Borobudur, een van de beroemdste tempels ter wereld. Als je Indonesië bezoekt, mag je dit niet missen. De Borobudur is een boeddistisch heiligdom. Hij ligt bij de Merapi, de meest actieve vulkaan van Indonesië en is gebouwd in de periode 750 – 850 na Christus van vulkanisch materiaal. We hebben nog wat stenen geraapt voor de kleinkinderen.
De bus bracht ons naar Malang. Onderweg stopten we om een groep rijstplukkers te fotograferen en natuurlijk om te kijken hoe ze de geoogste rijsthalmen verwerkten tot rijstkorrels. Enige tijd later stopten we om op primitieve wijze de landerijen in gaan over wankele bamboebruggetjes en smalle, soms steile modderpaden. Wij hadden moeite om daar te lopen maar de bevolking loopt daar snel en zeker overheen meet een zak rijst op de nek. Het was een leuk tochtje en we werden beloond met een goed zicht op de rijstterrassen en een prachtig uitzicht op de meren erachter. Je zag ook heel goed het ingenieuze irrigatiesysteem via kleine geulen en holle bamboepijpen. Rijst groeit een centimeter per dag dus er wordt 3x per jaar rijst verbouwd. Je hebt rijst in verschillende hoogtes. Daarmee en met cassavewortels (maniok) wordt afgewisseld om monocultuur te voorkomen en dus ziektes te weren. Helemaal onder de modder kwamen we weer bij de bus terug. Maar zo mochten we er niet in; we moesten ons eerst afspoelen. Nu heb je naast die toiletten waar je heerlijk op je hurken moet zitten een bassin met water. Ik heb gewoon mijn benen er in gehangen en ze zo schoon gewassen. Het water zag er niet uit daarna. Het kon nog wel gebruikt worden om het toilet door te spoelen maar niet om de billen te wassen. Toen we in Malang in het hotel aankwamen, zijn we meteen naar bed gegaan. Het was pas 8 uur ’s avonds maar we kregen om 1 uur ’s nachts al een wake up call om naar de Bromovulkaan te gaan om daar de prachtige zonsopgang te zien met uitzicht op de top van de vulkaan. Het was twee en een half uur rijden en we kwamen aan in het donker. Het was tamelijk fris, voor sommigen zelfs koud. Maar we aren op tijd om een goede plek te hebben. Toen we aankwamen, moesten we nog een trap op om bij het uitzichtpunt te komen. Onderaan de trap waren allerlei winkels en verkopers.
Hier nog een juk dat ze met allerlei soorten lasten op de schouders dragen.
|
|